• Zit overgewicht in de genen?

    juni 16, 2020
  • Het oude gezegde ‘elk pondje gaat door het mondje’ blijkt vaak veel te kort door de bocht te zijn. Tot voor kort dachten wetenschappers dat overgewicht door medische oorzaken slechts bij 2 tot 5% van de gevallen aan de orde was.
    Zelfs als er wel te veel gegeten wordt, dan kan het zo zijn dat onstilbare honger vanwege een genetische afwijking de oorzaak is. Als er een probleem is met de energieverdeling in je lichaam dan kan onstilbare honger ook een strategie van het lichaam zijn om meer energie binnen te krijgen. Daarover later in dit artikel meer.

    Welke genen heb jij?

    Het soort genen dat je hebt, bepaalt mede hoe groot de kans is dat jij overgewicht hebt. We onderscheiden hierin twee hoofdgroepen genen. Die van oermensen, die als jager/verzamelaar leefden en die van de veel later geëvolueerde akkerbouwers.

    Het grootste deel van ons bestaan is de mens jager/verzamelaar geweest. Van ongeveer twee miljoen jaar tot ongeveer 10.000 jaar geleden jaagde de mens op dieren en verzamelde hij eetbare planten om te overleven. Door de laatste ijstijd is de mens zo’n 10.000 jaar geleden bijna uitgestorven. De overlevenden gingen in het gunstiger wordende klimaat aan akkerbouw en veeteelt doen om te kunnen overleven. Graanproducten en melkproducten staan dus pas relatief kort op ons menu en in eerste instantie was de mens hier ook niet voor gemaakt. Nieuwe voedingsmiddelen brachten ook nieuwe ziekteverwekkers met zich mee waar het immuunsysteem tot dan toe nog niet op was afgestemd. Bij een deel van de mensen vond een genetische verandering plaats waardoor zij resistent werden voor graan- en melkproducten, dit wil zeggen dat zij deze goed konden verdragen. Wanneer een genetische verandering een voordeel oplevert voor de overleving van een populatie dan komt deze steeds vaker voor. Daardoor bestaan er tegenwoordig mensen met oergenen en mensen met akkerbouwersgenen.

    Maar nu komt het. Als je landbouwersgenen hebt geërfd en je dus beter aangepast bent aan melk-  en graanproducten, dan heb je minder kans op overgewicht.

    Hoe weet je nu welke genen jij hebt? Er zijn een aantal eigenschappen die je hier inzicht in kunnen bieden. En aangezien je 50% van de genen van je vader hebt geërfd en 50% van je moeder kun je natuurlijk ook een mix zijn van beide.

    Akkerbouwers hadden in tegenstelling tot jagers/verzamelaars meer voedsel tot hun beschikking waardoor de baby’s met meer vetcellen en een hogere BMI geboren werden. Ze zijn als het ware beter aangepast op meer voeding. Het klinkt misschien raar, maar als je gedurende de eerste 6 maanden  van je leven een hoge BMI en meer vetcellen hebt betekent dit dat je op latere leeftijd minder kans op overgewicht. Het hebben van veel vetcellen zorgt er namelijk voor dat je meer vet kunt opslaan zonder dat ze vol raken. En pas als vetcellen vol raken ontwikkel je overgewicht. 

    Ook genetische afwijkingen spelen vaker een rol dan gedacht. Op 8 mei 2020 werd een onderzoek gepubliceerd dat gedaan is onder 282 kinderen met ernstige obesitas. Hierin werd voor het eerst in een breed verband naar de oorzaak van kinderobesitas gekeken. Met behulp van laboratoriumonderzoek werden verschillende waardes bepaald zoals glucosetolerantie en vitamine D status, maar werd ook gekeken naar hormonen die de eetlust en het gewicht kunnen beïnvloeden zoals schildklierhormoon, het stresshormoon cortisol en het verzadigingshormoon leptine. Daarnaast werden DNA-tests afgenomen om de belangrijkste bekende genafwijkingen die verband houden met obesitas op te sporen.

    Bij 54 van de onderzochte kinderen werden medische oorzaken gevonden voor het overgewicht. Dit is 19%! Er werden naast neurologische oorzaken (hersenschade) en oorzaken door medicijngebruik 13 verschillende genetische oorzaken gevonden. De meest voorkomende genafwijking speelt een belangrijke rol bij verzadiging, hierdoor hebben de kinderen met deze afwijking een onstilbare honger. 

    Je hebt een genetisch bepaald overlevingsprogramma.
    Vanuit evolutionair oogpunt zijn de twee belangrijkste doelstellingen van de mensheid:

    1. Overleven
    2. Voortplanten

    In deze volgorde. Je hersenen en immuunsysteem zijn de twee belangrijkste systemen voor overleving en krijgen daarom voorrang op alle andere systemen van het menselijk lichaam als het gaat om het opnemen van voedingsbronnen, inclusief glucose. Normaal gesproken domineren je hersenen overdag en in stresssituaties. En het immuunsysteem ’s nachts, tijdens periodes van infectie en bij wondheling. Beide systemen kunnen op vergelijkbare wijze verschillende strategieën inzetten om ervoor te zorgen dat zij voorrang krijgen om essentiële voedingsstoffen te kunnen opnemen voor hun eigen werking. Ten koste van andere lichaamssystemen die niet direct van belang zijn om te kunnen overleven.

    Het immuunsysteem wordt geactiveerd bij infecties, bij verwondingen maar ook bij psycho-emotionele stress. In een normale, gezonde situatie wordt het immuunsysteem geactiveerd om ziekteverwekkers op te ruimen en daarna weer uitgezet. Wanneer het probleem echter niet tijdig wordt opgelost reageert het lichaam hierop door het immuunsysteem voortdurend een beetje te activeren, dit is een noodoplossing om ervoor te zorgen dat verdere vermenigvuldiging van ziekteverwekkers geminimaliseerd wordt. De ziekteverwekkers worden dus niet gedood.

    Eigenlijk hoort je immuunsysteem niet constant ‘aan’ te staan. Je immuunsysteem in rust verbruikt slechts 5 gram glucose (suiker) per dag. Een geactiveerd immuunsysteem kost wel 300 g glucose per dag. Het kost dus heel veel energie om continu aan te staan. Om aan deze energie te komen heeft het immuunsysteem een aantal strategieën. Het immuunsysteem wint hierbij van de hersenen als het gaat om energievoorziening. Het doel is om je te beschermen en te laten overleven.

    Een aantal van de strategieën die je immuunsysteem kan inzetten zijn:

    • Leptineresistentie
    • Insulineresistentie
    • Vertraagde schildklier

    Leptineresistentie
    Leptine is je verzadigingshormoon. In gezonde toestand komt het hormoon leptine vrij na een maaltijd waardoor je je verzadigd voelt. Wanneer je echter leptineresistent bent blijf je onstilbare honger houden. Je kunt je voorstellen dat dit overgewicht in de hand werkt.

    Insulineresistentie
    Insulineresistentie zorgt voor een continu hoog insulinegehalte in het bloed. Dit blokkeert de vetverbranding en werkt dus ook overgewicht in de hand. Het doel is hetzelfde als bij leptineresistentie. Zoveel mogelijk energie beschikbaar stellen om het immuunsysteem werkend te kunnen houden.

    Vertraagde schildklier
    Daarnaast zet het lichaam ten gunste van het immuunsysteem de stofwisseling op een laag pitje. Een vertraagde schildklier zorgt er op deze manier ook voor dat door het verlaagde energieverbruik meer energie overblijft voor het immuunsysteem. Ook dit is dus gunstig in het kader van kunnen overleven, maar zeker niet voor je gewicht. 

    Bronnen

    1. An Evolutionary Perspective on the Obesity Epidemic. Trends in Endocrinology and Metabolism. 2018
    2. M. The Hunter/Farmer Diet Solution: Do You Have the Metabolism of a Hunter or a Farmer? Find Out...and Achieve Your Health and Weight-Loss 2012als. 2012
    3. PLOS ONE
    4. The Selfish Immune System when the Immune System Overrides the ‘Selfish’ Brain Leo Pruimboom 1,2,*, Charles L Raison3 , Frits A.J. Muskiet1 Review J Immunol Clin Microbiol. 2020

    (Hylke Boelens Diëtist PowerSlim)