Ben jij ook een “zoetekauw”? Gezien het feit dat suikers de makkelijkste brandstof zijn voor ons lichaam lijkt het alsof we van jongs af aan verslaafd zijn aan dit goedje. De laatste jaren duiken er overal suikervrije varianten op en zijn er steeds meer suikervervangers op de markt. Wat is nou eigenlijk het verschil tussen suikers en zoetstoffen en welke hebben onze voorkeur?
Er bestaan verschillende soorten suikers en zoetstoffen. De suikers die we allen wel kennen zijn bijvoorbeeld sacharose (tafelsuiker), fructose (fruitsuiker), lactose (melksuiker) en dextrose (druivensuiker). Je ziet hier al meteen dat al deze wetenschappelijke benamingen eindigen op -ose. Zo herken je ze heel eenvoudig op het etiket.
De meest bekende zoetstoffen zijn stevia- en steviolglycosiden, aspartaam en sucralose. Daarnaast bestaan er ook heel wat minder gekende zoetstoffen zoals onder andere acesulfaam-K, cyclamaat en polyolen. Deze grote groep wordt onderverdeeld in 2 subgroepen. De intensieve zoetstoffen en de extensieve zoetstoffen.
De intensieve zoetstoffen leveren geen energie (calorieën) en hebben een erg hoge zoetkracht, hieronder valt bijvoorbeeld stevia met maar liefst 200x meer zoetkracht als normale glucose.
De extensieve zoetstoffen leveren wel energie maar in mindere mate dan suiker. Deze groep bestaat voornamelijk uit de polyolen. Hun zoetkracht ligt lager dan normale glucose. Er moet dus meer van gebruikt worden om dezelfde zoetkracht te krijgen. Omdat extensieve zoetstoffen niet worden opgenomen door je darmen, kan dit bij overmatig gebruik mogelijk maag- en darmklachten geven.
Merk jij dat je na bepaalde producten vaak last hebt van een opgeblazen gevoel of winderigheid? Kijk dan eens op de verpakking of het product polyolen bevat, dat zou zomaar de oorzaak kunnen zijn en dan kun je het product in het vervolg beter laten staan.
In vergelijking met suiker hebben zoetstoffen veel voordelen en weinig nadelen. Zo zorgen ze voor een stabielere bloedsuikerspiegel, zijn ze tandvriendelijker en leveren ze minder calorieën op.
Aspartaam
Toch hebben sommige zoetstoffen een niet al te beste reputatie. Denk maar aan aspartaam, dat vaak onder vuur werd genomen. Aspartaam is opgebouwd uit verschillende stoffen waaronder Methanol. Deze is in grote hoeveelheden schadelijk voor ons lichaam. Echter bevat aspartaam heel weinig Methanol waardoor het te verwaarlozen is. Gedurende heel wat jaren is er uitvoerig onderzoek gedaan naar de potentiële gevaren van aspartaam. Eind 2013 concludeerde de EFSA (European Food Safety Authority) dat het gebruik van aspartaam veilig bevonden wordt en dat er geen reden is om de aanbeveling van een toelaatbare dagelijkse inname van maximaal 40 mg per kilogram lichaamsgewicht te moeten wijzigen.
Steviolglycosiden
In de volksmond ook wel stevia genoemd, is een natuurlijke zoetstof gewonnen uit het blad van de steviaplant, Stevia Rebaudiana. In 2010 werd stevia veilig bevonden om gebruikt te worden in levensmiddelen door de EFSA. Stevioglycosiden zijn een stabiele, veilige en lekkere zoetstof.
De verwerking van suiker en zoetstoffen verloopt verschillend in ons lichaam. Zo worden suikers opgenomen in de bloedbaan en hebben ze effect op onze bloedsuikerspiegel. Gezien suikers ook calorieën leveren worden ze ook omgezet in spierglycogeen of lichaamsvet.
Zoetstoffen daarentegen worden vaak niet of niet volledig door ons lichaam opgenomen. Ze leveren dan ook (vrijwel) geen calorieën, terwijl suikers 4 kcal per gram leveren.
Wanneer je graag het aantal calorieën in je eetpatroon wil beperken, kun je dus beter kiezen voor zoetstoffen dan voor suikers. Het beste advies is om te matigen met beide, aangezien het allerbeste natuurlijk is om af te ’kicken’ van de zoete smaak waardoor je behoefte uiteindelijk ook minder wordt. En áls je voor zoetstoffen kiest ga dan voor de natuurlijke varianten, dat is hoe dan ook beter voor je lichaam.
Laat me weten wat je van mijn verhaal vindt!
Comment Cancel